Bron: Tuin & Landschap
door: Meike Wessels - IPC Groene Ruimte
De Duddel, ook wel het vergeten bosje genoemd, is het toonbeeld voor de rest van Kroondomein het Loo, zo vertelt Kuper enthousiast. Je vindt er grove, grote, kromme afgevallen takken, een gezellige verzameling van een viertal forse samengebundelde eiken, een beuk die een eik begeleidt naar het dak van het bos, een afgestorven boom met duidelijk sporen van spechten. „Veertig jaar geleden bevatte dit landgoed alleen maar percelen van dezelfde leeftijd. Sinds die tijd hebben we alleen nog maar geoogst, niet meer geplant. Oftewel: alle bomen jonger dan veertig jaar, zijn hier spontaan gekomen. Die verjonging zorgt voor de duurzaamheid van de houtstroom, gratis. Hier doen we niks wat geld kost. Dat is per definitie verboden”, besluit Kuper. De tendens is daarmee onmiskenbaar: hoe minder menselijk ingrijpen, hoe meer het bos en de portemonnee floreren. Dat is Natuurvolgend Bosbeheer (zie kader op de pdf).
Voortborduren op Kuper
Een vitaler bos, meer belevingswaarde, hogere biodiversiteit én betere bedrijfsresultaten: toch wordt de natuurvolgende methode nog maar weinig toegepast in Nederland. Een uitzondering is de gemeente Arnhem, waar Rob Borst als senior adviseur beheer bossen en parken voortborduurt op het natuurvolgende principe onder de noemer natuurvolgend beheer. „Waar Jaap Kuper zijn uitdaging had om het bos kostenneutraal te maken, hebben wij onze uitdagingen met ons leefklimaat”, vertelt Borst. „Binnen zijn sector is Kuper een ware innovator. Dat bouwen wij uit. Daar ligt de basis en nu is het aan onze generatie om daar weer op te innoveren.” Dat betekent dat gemeente Arnhem zich met natuurvolgend beheer niet alleen richt op haar bossen, maar op de gehele leefomgeving. Van stadsbomen tot parken en van door de gemeente beheerde bossen tot bosplantsoenen en groenperken. Met als doel om problemen als verzuring, verdroging en overbemesting van de bodem door stikstofneerslag het hoofd te bieden.